uitvloeisel
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]From uitvloeien + -sel.
Pronunciation
[edit]Audio: (file)
Noun
[edit]uitvloeisel n (plural uitvloeisels or uitvloeiselen, diminutive uitvloeiseltje n)
From uitvloeien + -sel.
Audio: | (file) |
uitvloeisel n (plural uitvloeisels or uitvloeiselen, diminutive uitvloeiseltje n)