sneeuwschuiver
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]From sneeuw + schuiven + -er.
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]sneeuwschuiver m (plural sneeuwschuivers, diminutive sneeuwschuivertje n)
From sneeuw + schuiven + -er.
sneeuwschuiver m (plural sneeuwschuivers, diminutive sneeuwschuivertje n)