Jump to content

ontoerekenbaar

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From on- (un-) +‎ toerekenbaar (accountable).

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Adjective

[edit]

ontoerekenbaar

  1. (law) unaccountable, insane, non compos mentis

Declension

[edit]
Declension of ontoerekenbaar
uninflected ontoerekenbaar
inflected ontoerekenbare
comparative
positive
predicative/adverbial ontoerekenbaar
indefinite m./f. sing. ontoerekenbare
n. sing. ontoerekenbaar
plural ontoerekenbare
definite ontoerekenbare
partitive ontoerekenbaars

Synonyms

[edit]