koopmansgeest

Dutch

Etymology

Compound of koopman (“merchant”) +‎ -s- +‎ geest (“spirit, mind”).

Pronunciation

• IPA^(key): /ˈkoːp.mɑnsˌxeːst/

• Audio:

  (file)

• Hyphenation: koop‧mans‧geest

Noun

koopmansgeest m (uncountable)

1. the merchant mind, commercial attitude

   Synonym: handelsgeest

   De ondernemer toonde een sterke koopmansgeest en wist kansen in de markt te benutten.

   The entrepreneur showed a strong merchant mind and seized opportunities in the market.

   De koopmansgeest van de handelaar leidde tot het uitbreiden van zijn bedrijf naar internationale markten.

   The commercial attitude of the trader led to expanding his business to international markets.

   De koopmansgeest van het volk stimuleerde de handel en zorgde voor economische groei.

   The merchant mind of the people stimulated trade and led to economic growth.