Jump to content

kapoewa

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Alternative forms

[edit]

Etymology

[edit]

Borrowed from Sranan Tongo kapuwa, from Kari'na kapiwa[1] and/or Lokono kapoa.

Noun

[edit]

kapoewa m (plural kapoewa's)

  1. (Suriname) capybara (Hydrochoerus hydrochaeris)
    Synonym: capibara
    • 1835, Marten Douwes Teenstra, De landbouw in de kolonie Suriname [Agriculture in the colony of Suriname]‎[1], volume 1, Groningen: H. Eekhoff, pages 202-203:
      Het suikerriet is gedurende deszelfs groei aan weinige hindernissen blootgesteld, geheel misgewas kent men niet; wanneer men echter het land bemest, (dat slechts bij enkele planters, en dan nog zeer zeldzaam geschiedt,) willen er wel eens wormen in de rietstoelen en derzelver wortelen komen; ook is men vooral op de hooge landen met eene soort van kleine grijze ratten en veldmuizen geplaagd, alsmede door buffels of tapiers, kapoeá's of watervarkens, krabe dago's, houtluizen en mieren.
      The sugar cane is exposed to few impediments during its growth, there is no complete crop failure; however, when fertilising the land (which only happens with a few planters, and even then very rarely) worms sometimes get into the stem bases and their roots; also, especially on the high grounds, there is a plague of a species of small grey rats and voles, as well as buffaloes or tapirs, capybaras or water pigs, crab-eating raccoons, wood lice and ants.
    • 1978 January 25, Vrije Stem: onafhankelijk weekblad voor Suriname[2] (advertisement), page 3:
      De Directeur van Landbouw, Veeteelt en Visserij maakt hierbij bekend dat: (...) de jacht op KAPOEWA gedurende het gehele jaar 1978 toegestaan is (...).
      The Permanent Secretary of the Ministry of Agriculture, Animal Husbandry and Fisheries hereby announces that: (...) capybara hunting is permitted throughout the year 1978 (...).
    • 2008, Bish Ganga, Lalbahadoer. Een fatale liefde [Lalbahadoer. A fatal love]‎[3], Leiderdorp, pages 126-127:
      Onder de manschappen bevonden zich wel fervente jagers, die vaker op jacht gingen op groot wild in de bossen van Suriname. De omstandigheden waren dezelfde en zij hadden ervaring met het naar huis vervoeren van afgeschoten groot wild. Als zij bijvoorbeeld een hert, een pakira, een pingo of een kapoewa hadden geschoten, dan moest dat met speciale technieken op de schouders worden gedragen naar de bewoonde wereld.
      However, among the men were some fervent hunters, who frequently hunted big game in the forests of Suriname. Conditions were similar and they were experienced in hauling home any big game that they had killed. For instance, if they had shot a deer, a collared peccary, a white-lipped peccary or a capybara, they had to carry it back to civilisation on their shoulders using special techniques.

References

[edit]
  1. ^ J. van Donselaar (2013) Nicoline van der Sijs, editor, Woordenboek van het Nederlands in Suriname van 1667 tot 1876 [Dictionary of the Dutch Language in Suriname from 1667 to 1876], Amsterdam, The Hague: Meertens Instituut/Nederlandse Taalunie, →ISBN, page 106.

Sranan Tongo

[edit]

Noun

[edit]

kapoewa

  1. Superseded spelling of kapuwa.