geprolongeerd

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

geprolongeerd

  1. past participle of prolongeren

Declension

[edit]
Declension of geprolongeerd
uninflected geprolongeerd
inflected geprolongeerde
positive
predicative/adverbial geprolongeerd
indefinite m./f. sing. geprolongeerde
n. sing. geprolongeerd
plural geprolongeerde
definite geprolongeerde
partitive geprolongeerds