Jump to content

geblaard

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)
  • Rhymes: -aːrt

Participle

[edit]

geblaard

  1. past participle of blaren

Declension

[edit]
Declension of geblaard
uninflected geblaard
inflected geblaarde
positive
predicative/adverbial geblaard
indefinite m./f. sing. geblaarde
n. sing. geblaard
plural geblaarde
definite geblaarde
partitive geblaards