eerstejaars
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]Clipping of eerstejaarsstudent. Equivalent to eerste (“first”) + jaar (“year”) + -s-.
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]eerstejaars m or f (plural eerstejaars)
- a student or pupil in one's first year, in particular at a university or academic or vocational college
- De eerstejaars zijn bezig met hun introductieweek op de universiteit.
- The first-year students are having their orientation week at the university.
- Tijdens de ontvangst voor de nieuwe eerstejaars werden ze verwelkomd door de docenten.
- During the welcome event for the new first-year students, they were greeted by the professors.
- De eerstejaars hebben zich snel aangepast aan het studentenleven.
- The first-year students have quickly adapted to student life.