Jump to content

doorvoerend

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

doorvoerend

  1. present participle of doorvoeren

Declension

[edit]
Declension of doorvoerend
uninflected doorvoerend
inflected doorvoerende
positive
predicative/adverbial doorvoerend
doorvoerende
indefinite m./f. sing. doorvoerende
n. sing. doorvoerend
plural doorvoerende
definite doorvoerende
partitive doorvoerends

Anagrams

[edit]