doorlaatbaar

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From doorlaten +‎ -baar.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˌdoːrˈlaːt.baːr/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: door‧laat‧baar

Adjective

[edit]

doorlaatbaar (not comparable)

  1. permeable

Declension

[edit]
Declension of doorlaatbaar
uninflected doorlaatbaar
inflected doorlaatbare
comparative
positive
predicative/adverbial doorlaatbaar
indefinite m./f. sing. doorlaatbare
n. sing. doorlaatbaar
plural doorlaatbare
definite doorlaatbare
partitive doorlaatbaars

Derived terms

[edit]