voetstuk
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]Equivalent to voet (“foot”) + stuk (“piece”).
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]voetstuk n (plural voetstukken, diminutive voetstukje n)
Equivalent to voet (“foot”) + stuk (“piece”).
voetstuk n (plural voetstukken, diminutive voetstukje n)