Jump to content

verveloos

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From verf (paint) +‎ -e- +‎ -loos (-less).

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˈvɛr.vəˌloːs/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: ver‧ve‧loos

Adjective

[edit]

verveloos (comparative vervelozer, superlative meest verveloos or verveloost)

  1. without paint (due to wear)

Declension

[edit]
Declension of verveloos
uninflected verveloos
inflected verveloze
comparative vervelozer
positive comparative superlative
predicative/adverbial verveloos vervelozer het verveloost
het vervelooste
indefinite m./f. sing. verveloze vervelozere vervelooste
n. sing. verveloos vervelozer vervelooste
plural verveloze vervelozere vervelooste
definite verveloze vervelozere vervelooste
partitive verveloos vervelozers