slijkgeus
Appearance
Dutch
[edit]Etymology
[edit]Compound of slijk (“mud”) + geus.
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]slijkgeus m (plural slijkgeuzen, diminutive slijkgeusje n)
Compound of slijk (“mud”) + geus.
slijkgeus m (plural slijkgeuzen, diminutive slijkgeusje n)