Jump to content

opsomming

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From opsommen +‎ -ing.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˈɔp.sɔ.mɪŋ/
  • Audio:(file)

Noun

[edit]

opsomming f (plural opsommingen, diminutive opsomminkje n)

  1. enumeration
    De factuur bevat een opsomming van alle bestelde producten.
    The invoice contains an enumeration of all ordered products.
  2. list
    Kan je een opsomming geven van alles wat er gedaan moet worden?
    Can you make a list of everything that needs to be done?
  3. sum Note: opsomming will typically translate to the verb sum, not the noun, the noun sum will typically translate to som
    En als we dan een opsomming maken is het resultaat teleurstellend.
    And when we sum it all up the result is disappointing.

Derived terms

[edit]