Jump to content

irritatie

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

Borrowed from French irritation.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˌi.riˈtaː.(t)si/, /ˌɪ.riˈtaː.(t)si/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: ir‧ri‧ta‧tie
  • Rhymes: -aːtsi

Noun

[edit]

irritatie f (plural irritaties, diminutive irritatietje n)

  1. irritation (act of irritating, state of being irritated)
    De reden van zijn irritatie is mij niet duidelijk.
    The reason behind his irritation is unclear to me.
    De ene irritatie volgt op de andere als zij in dezelfde ruimte zijn.
    There is constant irritation when they are in the same room.
  2. (medicine) irritation (bodily condition of morbid excitability or oversensitiveness)
    Dit medicijn kan irritatie veroorzaken.
    This medication can cause irritiation.
[edit]

Descendants

[edit]
  • Afrikaans: irritasie