irritatie
Appearance
Dutch
[edit]Etymology
[edit]Borrowed from French irritation.
Pronunciation
[edit]- IPA(key): /ˌi.riˈtaː.(t)si/, /ˌɪ.riˈtaː.(t)si/
Audio: (file) - Hyphenation: ir‧ri‧ta‧tie
- Rhymes: -aːtsi
Noun
[edit]irritatie f (plural irritaties, diminutive irritatietje n)
- irritation (act of irritating, state of being irritated)
- De reden van zijn irritatie is mij niet duidelijk.
- The reason behind his irritation is unclear to me.
- De ene irritatie volgt op de andere als zij in dezelfde ruimte zijn.
- There is constant irritation when they are in the same room.
- De reden van zijn irritatie is mij niet duidelijk.
- (medicine) irritation (bodily condition of morbid excitability or oversensitiveness)
- Dit medicijn kan irritatie veroorzaken.
- This medication can cause irritiation.
- Dit medicijn kan irritatie veroorzaken.
Related terms
[edit]Descendants
[edit]- Afrikaans: irritasie