Jump to content

ingedeeld

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

ingedeeld

  1. past participle of indelen

Declension

[edit]
Declension of ingedeeld
uninflected ingedeeld
inflected ingedeelde
positive
predicative/adverbial ingedeeld
indefinite m./f. sing. ingedeelde
n. sing. ingedeeld
plural ingedeelde
definite ingedeelde
partitive ingedeelds

Anagrams

[edit]