Jump to content

gespeeld

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)
  • Rhymes: -eːlt

Participle

[edit]

gespeeld

  1. past participle of spelen

Declension

[edit]
Declension of gespeeld
uninflected gespeeld
inflected gespeelde
positive
predicative/adverbial gespeeld
indefinite m./f. sing. gespeelde
n. sing. gespeeld
plural gespeelde
definite gespeelde
partitive gespeelds