Jump to content

geproclameerd

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

geproclameerd

  1. past participle of proclameren

Declension

[edit]
Declension of geproclameerd
uninflected geproclameerd
inflected geproclameerde
positive
predicative/adverbial geproclameerd
indefinite m./f. sing. geproclameerde
n. sing. geproclameerd
plural geproclameerde
definite geproclameerde
partitive geproclameerds