Jump to content

gelijkend

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)

Participle

[edit]

gelijkend

  1. present participle of gelijken

Declension

[edit]
Declension of gelijkend
uninflected gelijkend
inflected gelijkende
positive
predicative/adverbial gelijkend
gelijkende
indefinite m./f. sing. gelijkende
n. sing. gelijkend
plural gelijkende
definite gelijkende
partitive gelijkends