Jump to content

fantoompijn

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

Compound of fantoom (phantom, figment) +‎ pijn (pain).

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /fɑnˈtoːmˌpɛi̯n/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: fan‧toom‧pijn

Noun

[edit]

fantoompijn m (plural fantoompijnen, diminutive fantoompijntje n)

  1. (countable, uncountable) phantom pain
    Na de amputatie ervoer hij fantoompijn in zijn missende ledemaat.After the amputation, he experienced phantom pain in his missing limb.
    Fantoompijn is een veel voorkomend probleem bij amputatiepatiënten.Phantom pain is a common issue among amputees.
    Ze had veel last van fantoompijn, maar fysiotherapie hielp.She suffered a lot from phantom pain, but physical therapy helped.