er zijn
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Verb
[edit]- there to be (there is, there are, etc.)
- Zijn er veel winkels in jouw buurt? ― Are there many shops in your neighbourhood?
- Hij is door en door slecht, er is niets goeds aan hem. ― He is evil through and through, there is nothing good about him.
- to be there (for someone)
- Ik zal er altijd voor je zijn. ― I'll always be there for you.
Conjugation
[edit]Conjugation of er zijn: see zijn.