eenpersoonszaak
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Etymology
[edit]From een (“one”) + persoon (“person”) + -s- + zaak (“business”).
Pronunciation
[edit]Audio: (file) - Hyphenation: een‧per‧soons‧zaak
Noun
[edit]eenpersoonszaak f (plural eenpersoonszaken, diminutive eenpersoonszaakje n)
- sole trader
- Synonym: eenmanszaak