de sigaar zijn
Appearance
Dutch
[edit]Etymology
[edit]Literally, “to be the cigar”. This etymology is incomplete. You can help Wiktionary by elaborating on the origins of this term.
Verb
[edit]- (intransitive, idiomatic) to be disadvantaged or victimized; to have a problem; to be screwed
- Synonyms: de sjaak zijn, de lul zijn, de pineut zijn
- Als je aangeschoten achter het stuur gepakt wordt, ben je pas echt de sigaar. ― If they catch you tipsy while driving, you'll really have a problem.
Conjugation
[edit]Conjugation of de sigaar zijn: see zijn.