Jump to content

besmeerd

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)
  • Rhymes: -eːrt

Participle

[edit]

besmeerd

  1. past participle of besmeren

Declension

[edit]
Declension of besmeerd
uninflected besmeerd
inflected besmeerde
positive
predicative/adverbial besmeerd
indefinite m./f. sing. besmeerde
n. sing. besmeerd
plural besmeerde
definite besmeerde
partitive besmeerds