Jump to content

bekeerd

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Pronunciation

[edit]
  • Audio:(file)
  • Rhymes: -eːrt

Participle

[edit]

bekeerd

  1. past participle of bekeren

Declension

[edit]
Declension of bekeerd
uninflected bekeerd
inflected bekeerde
positive
predicative/adverbial bekeerd
indefinite m./f. sing. bekeerde
n. sing. bekeerd
plural bekeerde
definite bekeerde
partitive bekeerds

Anagrams

[edit]