aluhoedje

Dutch

Aluhoedje, both senses. Tinfoiler sockpuppet troll with a tin-foil hat.

Etymology

Blend of aluminium +‎ hoedje.

Pronunciation

• IPA^(key): /ˈaːlyˌɦutjə/

• Audio:

  (file)

• Hyphenation: alu‧hoed‧je

Noun

aluhoedje n (plural aluhoedjes)

1. (slang) tin-foil hat
   • 2015, Linda Lael Miller, Vergeten verleden:

     'Je was toch niet echt van plan een aluhoedje op te zetten, hè? Wel een leuk idee, overigens. Ik zie het voor me.' 'Houd je kop.'

     (please add an English translation of this quotation)

2. (slang, derogatory) conspiracy theorist, tinfoiler, crank, conspiracist
   • 2014 December 3, Andreas Udo de Haes, “Een aluhoedje voor mijn NFC-passen”, in Computerworld:

     Je zou er zelf van de weeromstuit een aluhoedje van worden, maar gelukkig klopt de informatie van ABN niet.

     (please add an English translation of this quotation)

Synonyms

• complotdenker
• samenzweringstheoreticus

Derived terms

• aluminiumhoedje