afgrijselijk

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]

Etymology

[edit]

From afgrijs or afgrijzen +‎ -e- +‎ -lijk.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˌɑfˈxrɛi̯.sə.lək/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: af‧grij‧se‧lijk

Adjective

[edit]

afgrijselijk (comparative afgrijselijker, superlative afgrijselijkst)

  1. heinous, horrible

Declension

[edit]
Declension of afgrijselijk
uninflected afgrijselijk
inflected afgrijselijke
comparative afgrijselijker
positive comparative superlative
predicative/adverbial afgrijselijk afgrijselijker het afgrijselijkst
het afgrijselijkste
indefinite m./f. sing. afgrijselijke afgrijselijkere afgrijselijkste
n. sing. afgrijselijk afgrijselijker afgrijselijkste
plural afgrijselijke afgrijselijkere afgrijselijkste
definite afgrijselijke afgrijselijkere afgrijselijkste
partitive afgrijselijks afgrijselijkers

Descendants

[edit]
  • Afrikaans: afgryslik

Adverb

[edit]

afgrijselijk

  1. heinously, horribly (used as an intensifier)

Synonyms

[edit]