voorzijde
Jump to navigation
Jump to search
Dutch
[edit]Alternative forms
[edit]Etymology
[edit]From voor (“before, in front of”) + zijde (“side, face”).
Pronunciation
[edit]Noun
[edit]voorzijde f (plural voorzijdes or voorzijden)
- front side
- Synonym: voorkant
- Antonyms: achterzijde, keerzijde, rugzijde, achterkant